Welkom op mijn persoonlijke Blog

Hier vindt u meer informatie over mij als persoon, over politieke zaken en andere reflecties op de maatschappij zoals ik die waarneem!

Wilt u meer weten, maar vindt u dit niet op deze site, mail mij dan gerust: arpad@quicknet.nl







woensdag 20 maart 2013

Aanpak lobby anti-rook niet OK….


In de Volkskrant van 12 maart jl. las ik een artikel over de anti-rook lobby en hun nieuwe initiatief om hun lobby te ondersteunen: de website www.tabaknee.nl. Resultaat –volgens het artikel- kritiek en stilzwijgen.

De vraag waar het om ging in het artikel is of deze website, waarbij persoonlijke aangelegenheden van betrokken personen in een bepaald (negatief) “frame” worden neergezet en of dit wel een kiese manier is om lobby te voeren. Nu heb ik als adviseur Public Affairs (vaak gezien als “newspeak” voor lobbyist), de site eens bekeken en de reacties goed gelezen van de personen in de krant. Mijn conclusie: dit is niet kies, zowel persoonlijk gezien als vanuit het vak bezien. Dit is geen manier van werken, bovendien is het voor je lobby contra-productief. Ik licht het toe.

Lobby moet in de eerste plaats gaan om inhoudelijke argumenten, die op een transparante manier kunnen worden gebracht. Als lobbyist doe je niets anders dan “het gericht overbrengen van informatie”. En of de lobbyist van de tabaksindustrie nu zelf kanker heeft gehad, is hierbij echt niet relevant, zeker niet door de toevoegingen die daarbij geplaatst worden. Het is eerder een inbreuk op de privacy van deze persoon. Noch is het relevant dat een Kamerlid leden in zijn familie heeft die overleden zijn aan kanker, of om te speculeren op eventuele gevolgen daardoor op zijn eigen inhoudelijke mening op het onderwerp. Het werkt contraproductief. Door het zo hard te stellen, komt de boodschap juist niet goed over. De anti-rooklobby maakt zich hierdoor in de beeldvorming minder sympathiek en komt alleen al daarom minder geloofwaardig over….”blijkbaar moet men het hebben van het beschadigen van personen en niet van hun inhoudelijke boodschap”. Als je je al op dit pad van framing wil begeven (let wel: de betrokken specialisten zien dit dossier daadwerkelijk als een kwestie van leven en dood. Zij zijn bereidt ver te gaan in hun strijd vóór leven), dan dien je gebruik te maken van de kracht van suggestie….dus juist niet de hele harde concrete insinuatie benoemen, maar het zo opschrijven, dat de argeloze lezer die conclusie onomstotelijk zelf trekt….

De specialisten uit Beverwijk voeren als verdediging aan dat zij niet in de gelegenheid zijn geweest om hun inhoudelijke argumenten goed voor het voetlicht te brengen en daarom zo laag moeten zinken (om het in mijn eigen woorden te stellen). Lobby, wil het daadwerkelijk kunnen bijdragen aan een verbetering van het democratische proces, moet plaats kunnen vinden op een level playing field (lees: ten opzichte van de tabakslobby moet de anti-rooklobby nu opereren in een oneerlijke concurrentie, zo is hun stelling). En zij hebben, helaas, (bewezen) gelijk. In het rapport Bestrijding van accijnsfraude bij Alcohol en Tabak, van de Algemene Rekenkamer (2012), waar in de naleving en effecten van EU beleid zijn onderzocht, is gebleken is gebleken dat de tabaksindustrie directe toegang kreeg tot de toenmalige minister van Financiën, De Jager, toen het ging over een bepaalde accijnsmaatregel. Om precies te zijn ging het om een gesprek tussen de heer Elco Brinkmann, als woordvoerder namens de tabaksindustrie, en de minister. De woordvoerster van de anti-rooklobby kreeg een dergelijk gesprek niet. Het resultaat was dat de minister zijn positie 180 graden draaide ten gunste van de tabaksindustrie. Het actualiteiten programma Nieuwsuur besteedde hier op 18 juni 2012 ook aandacht aan. Overigens vind ik het op zich heel goed dat deze minister bereid is om echt te luisteren naar goede en nieuwe argumenten, open te staan voor deze nieuwe kennis en daar ook naar te handelen. Echter zonder daarbij de andere kant van het verhaal te willen horen.

En daar begint het echt te wringen, als minister zou je dit zelf niet moeten willen, om meerdere redenen niet. Allereerst voor je eigen positie niet. Door een bepaalde groep uit te sluiten, terwijl een andere groep wel “gehoord” wordt, geef je de uitgesloten partij een enorm platform voor hun onvrede en dus ook hun boodschap. Ook hier speelt beeldvorming een grote rol: “men was waarschijnlijk bang voor de boodschap, dus heeft men ze niet willen ontvangen om ze zo monddood te maken!” Deze underdog positie geeft in het vervolg traject kansen; je kunt gebruik maken door deze beeldvorming te voeden (wat de specialisten op hun eigen wijze nu ook doen, met deze website…), zonder dat jij als besluitvormer hier iets sterks tegen over kunt zetten. Je moet in de “verdediging”; nooit een lekkere positie in een politiek discours. Als je ze had ingesloten, geknuffeld, of beter, serieus naar ze had geluisterd, had je hun verhaal door en door gekend en had je hun argumenten kunnen pareren en kunnen onderbouwen waarom je de positie van de andere partij gekozen had…het vervolg is dan al vele malen sterker.

Maar in de tweede plaats, als je een gelijk speelveld creëert, met gelijke kansen voor iedereen, zullen dergelijke uitwassen, want zo wil ik dit initiatief als fervent niet roker toch echt noemen, minder snel plaatsvinden. De begrijpelijk gevoelde oorzaak, noopt tot deze maatregel, geven ook de initiatiefnemers zelf aan. En dat is wat er in het vak van lobby ontbreekt; transparantie of nog erger: de wil tot transparantie. De media kennen drie belangrijke taken: informerend, expressieve en controlerende (of bekritiserende) functie . Als lobby zich echter wil blijven onttrekken aan deze publiekelijke controle, dan blijft het vak lobby iets dat in een “verdachte” hoek blijft zitten. Dat terwijl lobby in zijn geheel niets is waar je voor hoeft te schamen, of plaats hoeft laten te vinden in schimmige hoeken van ons democratische huis. Het is iets wat iedereen zou moeten willen doen op een efficiënte manier en waar verantwoording over afgelegd wordt!
En die oproep, voor meer transparantie in de activiteiten die organisaties ondernemen teneinde voor hun doelen op te komen, doen deze specialisten, die naar eigen zeggen niet opgeleid zijn tot lobbyist, wél heel effectief. Nu is het te hopen dat deze oproep niet gesmoord wordt en gehoord wordt door de doelgroep die hier met name iets mee zou moeten doen…de lobbyisten.

Dimitri Arpad, PA-adviseur
Arpad-Advies
I info@arpad-advies.nl
M 06 204 16 387



donderdag 6 september 2012

STEMADVIES: Niet peilingen, maar inhoud moet tot keuze leiden!


kijk op: http://watzegtmijnpartij.nl

Ik wil iets kwijt; Peilingen vind ik funest voor de democratie, of misschien beter: funest voor het stemgedrag. Ook in deze verkiezingen zie je weer terug, waar geen enkele Maurice de Hond het over wil hebben; de peilingen bepalen de uitkomst in zeer grote mate. In las in NRC.Next, dat een kunstenaar nu een peiling over de peilingen begonnen is; en terecht.
In de gedragspsychologie is het al jaren bekend, dat mensen in hun keuzes door drie basismotieven gedreven worden: Lust, Angst en De wil om ergens bij te horen (bron: R. Cialdini).

Daarom ook roepen populistische partijen allerlei nonsens die bij de mensen angst inboezemen, want daardoor worden u en ik gedreven. Is het niet de angst die u volgens sommige partijen moet hebben voor Moslims of mensen uit Oost Europa, dan is het wel ineens de Euro of Europa als instituut waar u angst voor moet hebben; of wat ook kan: voor bepaalde partijen zelf. En helaas in de kranten doen dergelijke angstopwekkende berichten het ook goed; journalisten zijn immers ook mensen en weten ook dat dit soort berichten het “lekker doen”, bij hun lezerspubliek.
Peilingen zijn daarom ook echt funest. Immers iedereen wil bij een groep horen, het liefst één die wint! En peilingen zijn helemaal los gezongen van de inhoud. “Goh het debat ging voor partij X niet goed!” “Nee!? Had je het debat gezien?” “Dat niet, maar ik zag het in de peilingen.” Mensen zijn geneigd om dus bij de winnende groep aan te sluiten die het minst ver van hun eigen ideeën staat, want het is natuurlijk een angstbeeld dat de partij die het verst van uw idealen afstaat zou winnen….
”De glijvlucht van de SP….” Sprak Maurice…en zie…de PvdA doet het goed…, want die won ietsjes…en nu veel meer, dat was de groep waar wij bij wilde horen…
“De PvdA groeit en kan wel eens de grootste worden als ze zo doorgaan….”, sprak Maurice enkele dagen daarna. En zie…ook de VVD groeit nu…, want de mensen die niet willen dat het rode gevaar, met linkse hobby’s de grootste wordt, switchen ‘strategisch’ naar de rechtse kerk die alleen voor de allerrijkste predikt.
En zo wordt de uitslag van de verkiezingen echt oneigenlijk beïnvloedt, los van de echte inhoud, maar op basis van een ongenuanceerde peiling, die echt niets met de inhoud van doen heeft.

Ik heb natuurlijk een stemadvies voor iedereen, maar die zal ik niet opschrijven, dat ligt te veel voor de hand. Maar het volgende stem advies zou ik wel willen geven: STEM op een partij omdat u het met de inhoudelijke standpunten en de manier waarop die partij die wil verwezenlijken eens bent! En stem niet op een partij, omdat u uw stem zogenaamd “strategisch” wilt inzetten. Want er is maar een manier om goed strategisch te stemmen, en dat is op de partij te stemmen die u het meest aanspreekt!

En natuurlijk volgt dan de vraag: “Maar er zijn zoveel partijen, en die stemwijzer is ook al niet helemaal wat ik er van verwacht had (althans in mijn geval); Hoe maak ik mijn keuze!?” Het antwoord is te vinden op http://watzegtmijnpartij.nl

Nee! Niet op de lijst….wel veel andere goede kandidaten!

Het woord “Nee”, gebruik ik niet vaak, ben ik niet van. Ik denk eerder aan “Ja”, of in andere termen positief. Maar dit keer leek het me gepast, als duidelijk antwoord op de vraag die vele personen mij uit verwachte en onverwachte hoek stellen: “Waarom zie ik je niet op de lijst staan?” Allereerst dank voor jullie interesse hiervoor. Maar “Nee, ik sta er niet op, maar ben zeer te spreken over de manier waarop de partij het proces vormgegeven heeft; zorgvuldig en netjes!” En het resultaat is er ook naar: volgens mij alleen maar goede kandidaten staan wel op de lijst!
Ik geef een korte terugblik, want ik merk dat ik het verhaal veel vertel.


Selectieproces


Kamerlid zijn, is een zware verantwoordelijkheid, zo zie ik dat en mijn politieke partij, D66, gelukkig ook. De selectie van kandidaat Kamerleden gaat daarom niet over een nacht ijs. Eerst moesten alle geïnteresseerden een motivatie aanleveren en een aantal vragen beantwoorden. Deze motivatie vindt u hieronder, want die deelde ik eerder met u op mijn blog.


Je mocht een proefindiening doen, waarbij alle procedurele vereisten alvast gecontroleerd werden, en jij als kandidaat nog eventuele (procedurele) fouten kon corrigeren (hier heb ik zelf geen gebruik van gemaakt). Na het definitief indienen, kreeg je direct een keurig email bericht waarbij de ontvangst van het formulier bevestigd werd. Vervolgens werd het formulier en de motivatie (en bijlagen) puur procedureel gecontroleerd (heeft u op de juiste plekken de handtekeningen gezet, zijn de juiste bijlagen bijgevoegd, etc?). Over de uitkomst van die controle werd je door het partijbureau ook zeer snel geïnformeerd met een e-mail, waarin ook het vervolgproces beschreven werd van de inhoudelijke beoordeling. Je formulier werd door verschillende personen gelezen, en er volgde een oordeel. In mijn geval resulteerde dat binnen een week in een uitnodiging voor een gesprek met een commissie, belast met de selectie. Een oud Kamerlid en een topper op het gebied van werving en selectie. Daarover werd je telefonisch geïnformeerd, met daarbij een datum en tijdvoorstel. Nadat je datum en tijd bevestigd had aan de telefoon, ontving je een bevestiging per e-mail.

Het gesprek duurde ongeveer drie kwartier en varieerde van zeer inhoudelijk, tot meer op de persoonlijke kwaliteiten en eigenschappen. Aan het eind van het gesprek werd je geïnformeerd over het vervolg: of je wordt uitgenodigd voor een vervolggesprek met Alexander Pechthold en Ingrid van Engelshoven…Of niet. In mijn geval kreeg ik nog een gesprek, dat weer eerst telefonisch medegedeeld werd, ingepland en toen per e-mail bevestigd. Het gesprek met Alexander en Ingrid duurde ongeveer een half uur, zij spraken met alle kandidaten die ‘door’ waren, volgens mij ca. vijftig mensen in totaal. Ik was bloednerveus, maar door de relaxte houding van zowel Ingrid als Alexander, werd het al snel een gemoedelijk gesprek. In dat gesprek gaf ik ook aan vanaf welke plek ik op de lijst wilde komen, deze randvoorwaarde stelde ik, omdat ik met mijn werkgever de afspraak had, dat mocht ik op de lijst komen, ik per direct met mijn huidige werk moest stoppen (wat ik logisch vind, want ik ben de belangenbehartiger in de Tweede Kamer en een plek op de lijst kan leiden tot schijn van belangenverstrengeling).

Afgesproken werd dat ik op dinsdag gebeld zou worden, wat ook gebeurde, door Ingrid zelf om 16:00 uur. Ik had een plek gekregen, maar net onder (of boven, net hoe je het ziet) de door mij gestelde grens. Daarvoor had Ingrid samen met Alexander een voor mij zeer begrijpelijke redenatie voor. Dus uiteindelijk heb ik mijzelf niet op de lijst laten zetten. Daarom; Nee ik sta er niet op.

Wel wil ik het partijbureau, Ingrid en Alexander complimenteren voor de zeer zorgvuldige en nette wijze waarop de gehele procedure verlopen is (en hoop dat de andere kandidaten het net zo ervaren hebben). En de uitnodiging van Ingrid om deel te gaan nemen in de talentenklas, ga ik nader met haar bespreken.